In de meldingsrapporten van de politie wordt melding gemaakt van enkele opstootjes in de Javastraat en omgeving. Wat was er gaande, wat was er aan de hand? Op zaterdag 22 februari is er in de namiddag (rond een uur of 17.30) een optocht, een mars, van de Nationale Jeugdstorm (NJS). Het was overigens een koude februari dag met een gemiddelde temperatuur van zo rond de 0,4 ºC.
Deze NJS was een in naam onafhankelijke Nederlandse Jongerenbeweging maar in de praktijk had deze club sterke banden met de Nationaal Socialistische Beweging (NSB).
Maar waarom hield de NJS juist op dat moment een optocht?
Op deze dag wordt op het terrein van de voormalige kunstijsbaan (Polderweggebied, naast het Sportfondsenbad Oost) een voor de NJS belangrijke manifestatie gehouden:
“De Jan van Nassaugroep, van de “Vereeniging De Nederlandsche Padvinders”, wordt onder de naam ‘Transvaalvendel’ geïnstalleerd als lid van den Nationale Jeugdstorm.” Daarna zijn er de nodige toespraken met opwekkende nationaalsocialistische woorden gericht aan de nieuwe leden, zoals: “zich altijd te gedragen als volmaakte kameraden en waardige leden van den Jeugdstorm”. Deze bijeenkomst zou worden besloten met een mars door Amsterdam-Oost. (Bron: Het Vaderland: staat- en letterkundig nieuwsblad van 24-02-1941)
Aanvankelijk is er geen probleem. Dit wordt ook gemeld door de Inspecteur van Politie Proot. Hij is zowel bij de aanloop als tijdens de manifestatie van de NJS aanwezig en constateert geen enkel probleem. Volgens hem verloopt de mars van de NJS verder ook zonder problemen. De mars zou gaan naar de Falckstraat (bij het Frederiksplein). Toch heeft hij het bij het verkeerde eind, want het loopt namelijk uit de hand als de groep de Sumatrastraat is gepasseerd. Om wanorde te voorkomen besluit de aanwezige politie de Javastraat ‘overdwars af te sluiten’. Op dat moment is er volgens het meldingsrapport al sprake van hinderlijk volgen en op wanorde belust publiek.
Voor deel 2, ga naar: Deel 2.