Mijn eerste herinneringen gaan terug naar 1938, het kappen van de bomen (iepen) aan de Weesperzijde en de Fahrenheitstraat (lage nummering). Indrukwekkend vond ik ze, die houthakkers, Manchester pakken met veel leer in hun uitrusting. Rollen touw, paarden voor de mallejan om de stammen af te voeren. Geen kettingzagen, maar echt hakken, het laatste deel van de stam werd met de trekzaag gedaan. Zie de ansichtkaartfoto uit 1925, de jongen met de bakkersmand van Hormeijer is mijn oom Herman.
Het was lommerijk aan de Weesperzijde, waar mijn grootmoeder op nummer 281 woonde met als buren Polderman en Slagboom. Op de foto uit 1939 zie je mij daar op een autoped. Achter mij het houten politiebureau, dat in de oorlog moest wijken voor een schuilkelder.
Tegenover bakkerij Hormeijer lag de Leeuwenkuil en de Hipsekrip. 's Winters was hier de sleebaan en werd de 'wintersport' bedreven. Zo'n vroege herinnering was ook de bouw van de Fahrenheitsingel en het Amstelstation. (1937).
Rond die tijd werd mijn broertje Egbert geboren. Mij werd door Ernst Bosma van de fietsenwinkel uit de Reaumurstraat gevraagd: "Hoe heet je broertje?" Ik zag al die fietsen staan en mensen hoorden mij zeggen: "Hij heet Spatbord".
Op onderstaande foto zie je mijn vader met zijn groentekar (twee wielen). Getrokken door ezel Piet. Ze staan daar voor de eerder genoemde fietsenwinkel.Mijn vader heeft een pet met 7 deuken. En het jongetje heet Rinus van der Sar. Andere buurtbewoners vertelden mij dat ik vroeger vastgebonden aan een touw voor de winkel zat.
Altijd waren er in mijn herinnering klanten. Mensen die gegroet moesten worden als je uit school kwam. Ze gaven aan dat ik als kleuter tijdens het zuurkoolsnoepen in het grote vat ben gevallen. Nog denk ik dat bepaalde 'Obelisk-eigenschappen' van mij aan die gebeurtenis zijn toe te schrijven. De kleuterschool/ bewaarschool, fröbelschool aan de Fizeaustraat, dat was nog eens een ervaring!
De oorlog was begonnen en alle ramen waren met een net van plakband afgeplakt. De kans op rondvliegende glasscherven zou hierdoor beperkt blijven. Gek dat je je dat herinnert, evenals het feit dat je met de buren Felius en Van Houten de Duitse vliegtuigen zag overvliegen . Dit was nu oorlog, zeiden ze.
Juf Donker en Juf Boet waren de kleuterleidsters.Wij hadden twee Joodse meisjes in onze klas. Zij woonden boven de winkel van Beusekom. Op een dag kwamen zij niet meer. Juf Donker vertelde dat ze niet meer terugkwamen, heel uitgesproken. Op de foto van de kleuterschool uit die tijd herken ik :
Wimpie Jongejan, Jelle de Kant, Bertje van Maanen, Nellie Terlingen, Fietje Kool, ? Besancon, Geertje de Reid, Cockie Latdorp, Henkie Kreijnen, Alie de Groot, Cootje van Geene, Bertje Ordelman, Bobbie Boerke, Hanneke Kamphorst, Arie de Gooier, Lex Paree, Karel Groesz, Ineke Ido, Dolf van Zwieten, Katrientje de Wit, Wimpie Griffioen, Gerrie Zwart, Wim van Lookeren
De Wetbuurt
Een dorp aan de rand van Amsterdam, begrensd door Weesperzijde, Kruislaan, Middenweg, braakliggend terrein, weiland en volkstuinen. Een prima plek om te wonen en te spelen. Denk aan het Zand, de Omval, de Leeuwenkuil, de weilanden, Weespertrekvaart en de Hipsekrip. Na de oorlog is de dorpse sfeer door uitbreiding wel veranderd.
Wie woonde waar?
Door de groentewinkel en groentenuitbrengwijk kende ik veel mensen. Of zij kwamen de boodschap halen of het werd gebracht. Omdat ik mijn vader in de wijk vaak ging opzoeken kwam ik bij veel mensen over de vloer:
Schoenmaker Brouwer met een angstwekkende gehoornde buffelschedel aan de wand. Opa van Eijkeren, de konijnenspecialist, met als buurvrouw Opoe Kombrink in een interieur uit 1890. Scheepstimmerman Van Eijk met zijn prachtige gereedschap. Het grote gezin Morssink, van de manufacturenzaak. Hun zoon Gerard (kikkert) hielp wel met de groenten en zijn zus Tonia gaf ons huishoudelijke steun. De 'Verfbron' winkel, de werkplaatsen van Wiltenburg, loodgieter Verkaik en de bakkerijen van Hormeijer, Folkerts en de Hoop. De slagerijen van Vis, Mesman en later de Leeuw.
Melkhandel Dweelaard, Oostwaard, de Ridder en Beukenboom uit Duivendrecht. Kruidenierswaren : Verfaille/Bosma, Vana, de Spar/v.d.Tempel en van Mourik.
Op het gebied van groenten etc. waren er veel activiteiten:
Verkaik, Gabler, Deetman, 2x van Geene, Roozendaal en Blom.
De beroepen waren zeer divers: de 'heierfamilies' Zijtveld, Tijsterman en Slijmers.
Grondverzet: v.d. Wiel, Willemsen, Siderius
De Werkspoorders: fam. De Kant, Eggers, Kuyl, enz.
Politieagenten in willekeurige volgorde: Jansen, Schippers, Hiemstra, Koenrades, Heijboer en inspecteur Knol. Er was toen veel blauw op straat.
-----------------------------------------------
Voor deel 2 van dit verhaal ga naar Mijn jeugd in de Wetbuurt, deel 2
Voor deel 3 van dit verhaal ga naar Mijn jeugd in de Wetbuurt, deel 3