Getogen in Oost

Middenmeer, Watergraafsmeer, Indische Buurt

In 1952 (ik was toen zes jaar oud) verhuisde ik van het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht naar Paviljoen 10, de quarantainebarakken voor tbc-patiëntjes aan de Zeeburgerdijk in Amsterdam-oost.

John Toxopeus op 5 december 1953 in het sanatorium voor tbc-patiëntjes aan de Zeeburgerdijk. Rechts zijn moeder Mieneke Toxopeus-Goote. Zwarte Piet had toen nog een echte roe.” ,<br />Foto: John Toxopeus

John Toxopeus op 5 december 1953 in het sanatorium voor tbc-patiëntjes aan de Zeeburgerdijk. Rechts zijn moeder Mieneke Toxopeus-Goote. Zwarte Piet had toen nog een echte roe.” ,
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden

In 1952 (ik was toen zes jaar oud) verhuisde ik van het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht naar Paviljoen 10, de quarantainebarakken voor tbc-patiëntjes aan de Zeeburgerdijk in Amsterdam-oost.

Mijn ouders waren al eerder verhuisd naar de Watergraafsmeer en woonden op de Linnaeuskade tegenover de gashouders en het hondenkerkhof. Na mijn ziekte die twee jaar duurde, ging ik naar de Tweede Openluchtschool in het Oosterpark en volgde lager onderwijs en de mulo aan de Hogewegschool, vlak om de hoek. Ik verzamelde handtekeningen van Ajacieden bij stadion De Meer en was actief in het kerkelijk leven (Rehobotkerk, Zacharias Jansestraat) en politiek jongerenwerk (AR-jongerenorganisatie, afdeling oost).

Over mijn jeugd in Amsterdam-oost schrijf ik hieronder iedere week een kort verhaal. Want ik ben geboren in Utrecht, maar getogen in de Watergraafsmeer, een periode van twintig jaar die mijn leven zo goed als volledig heeft bepaald.

Nu woon ik in Vianen (onder Utrecht), met Ineke, mijn vrouw. We hebben samen drie kinderen en vier kleinkinderen. Ik was 25 jaar vakbondsbestuurder en studeerde psychologie. Na mijn pensioen ben ik gaan schrijven. Mijn nieuwe (derde) boek heet ‘Wie de jeugd heeft kan wel janken’. Het is een roman en volgt dus niet de werkelijkheid. Het boek gaat verder dan de woon- en leefomstandigheden in Amsterdam-oost. De hoofdpersoon vertelt over haat en jaloezie binnen een gezin dat langzaam maar zeker uiteen valt en over zijn langdurig verblijf bij een steenrijke oom. Over de ontdekking van de grotemensenwereld tijdens zijn kantoorbaan in de binnenstad van Amsterdam en vanaf 1971 in Den Haag waar hij te maken krijgt met de hypocriete wereld van het politiek jongerenwerk.

‘Wie de jeugd heeft kan wel janken’ verschijnt begin september 2015 bij Uitgeverij De Brouwerij |Brainbooks te Maassluis.

Alle rechten voorbehouden

4587 keer bekeken

24 reacties

Voeg je reactie toe
Rob Phlippeau

Linnaeuskade

Hoi John,

Toevalligerwijze kwam ik op de site van Getogen in Oost en kwam daar jouw herinneringen tegen.

We hebben tot medio 1955 op Linnaeuskade 51 huis gewoond. De verhalen over het portiek (en de mensen) en de omgeving staan me nog helder voor de geest. Ik heb nog vage herinneringen aan jou maar meer aan je ouders.

Misschien hoor ik nog wel iets van je.

 

Rob Phlippeau

john toxopeus

Getogen in Oost (20)

Mijn vader was lid van de ARP, de Anti-Revolutionaire Partij, een van de drie partijen die later zijn opgegaan in het CDA. In het blad van de ARP las ik over hun jongerenorganisatie, de Arjos. In Amsterdam-Oost bestond ook een afdeling: Arjos-Voorland. Mijn interesse voor politiek was groter dan mijn schroom om mij tussen knappe studenten en verpleegkundigen te begeven. We kwamen bij elkaar bij de familie Barf op de Linnaeusstraat en later ook bij mij thuis op de Linnaeuskade.

De Arjos was de grootste en bekendste politieke jongerenorganisatie in die tijd. Bekend vooral om opvattingen die niet altijd naar de zin van de ARP waren. Dat haalde dikwijls het nieuws.

Mijn sterke punt was schrijven. Ik werd dus achtereenvolgens secretaris van Arjos-Voorland, secretaris van de regio Amsterdam en van de provincie Noord-Holland. In 1971 werd ik algemeen secretaris van de landelijke organisatie, de enige betaalde functie binnen de Arjos, en kwam op het partijkantoor in Den Haag te werken. Ik vertrok uit Amsterdam en betrok een zolderkamer in Den Haag. Ik was 25 jaar.

Arjos-Voorland werd opgeheven op 27 april 1967. We trokken van kroeg naar kroeg en kwamen uiteindelijk terecht op het Alexanderplein bij de Muiderpoort, in een café waar nu restaurant Elkaar gevestigd is. We mochten tot ver na sluitingstijd blijven feesten omdat zojuist de Prins van Oranje, nu Koning Willem Alexander, geboren was.
John Toxopeus

----------------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Alexanderplein 06 - 1987 .<br />Foto: Beeldbank Amsterdam

Alexanderplein 06 - 1987 .
Foto: Beeldbank Amsterdam

Alle rechten voorbehouden
Alexanderplein 06 - 2015 .<br />Foto: John Toxopeus

Alexanderplein 06 - 2015 .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
john toxopeus

Getogen in oost (19)

Omstreeks 1965 (ik was toen 19 jaar) raakte ik betrokken bij de Zondagsschool van de Gereformeerde Kerk. Ik kon aansluiten bij Til Grosheide en Ton Zijp. We waren van dezelfde leeftijd. Met z’n drieën zorgden we iedere zondagochtend voor anderhalf uur vermaak voor kinderen uit de Transvaalbuurt. We zaten in een schoolgebouw in de Kraaipanstraat.

Zodra we de kinderen rustig hadden gekregen met limonade en snoep, begonnen we met een Bijbelverhaal en een vrolijke meezinger. Daarna mochten de kinderen kleien, figuurzagen, kleuren, of wat we ook maar voor ze hadden bedacht.

Een keer per jaar werd er voor de gehele Zondagsschoolvereniging van Amsterdam-oost een kampweek georganiseerd. Een van die kampweken had als thema de riddertijd. Hoogtepunt was het huwelijk van ridder Ton met jonkvrouw Til. Ik speelde de rol van roofridder, die de bruid zou trachten te schaken. Wat was ik graag de bruidegom geweest want ik was, net als Ton overigens, hopeloos verliefd op Til.

Het hoofdstuk ‘Schermutselingen’ uit mijn nieuwe verhalenroman ‘Wie de jeugd heeft kan wel janken’ gaat over onze heroïsche strijd.
Ter gelegenheid van de presentatie van mijn eerste boek in 2013, dus bijna 50 jaar later, kwamen Til, Ton en ik elkaar weer tegen (nee, het is geen stel). Ik herkende hen in eerste instantie niet. Sindsdien zien we elkaar regelmatig. Vorig jaar bezochten we dierbare plekken in Amsterdam-oost, waaronder het schoolgebouw in de Kraaipanstraat.
John Toxopeus

----------------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Tweede van rechts sta ik. Gehurkt Til Grosheide. .<br />Foto: John Toxopeus

Tweede van rechts sta ik. Gehurkt Til Grosheide. .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
Ton Zijp, Til Grosheide en John Toxopeus in 2014 voor het schoolgebouw in de Kraaipanstraat. .<br />Foto: John Toxopeus

Ton Zijp, Til Grosheide en John Toxopeus in 2014 voor het schoolgebouw in de Kraaipanstraat. .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
john toxopeus

Getogen in Oost (18)

Mijn vader en moeder waren Gereformeerd, niet heel erg zwaar, maar geld uitgeven of naar Ajax op zondag hoorde toch niet bij de zondagsheiliging. Wij gingen naar de Rehobotkerk in de Zacharias Jansestraat. Wij is: ons gezin minus mijn moeder. Mijn moeder zei dat ze bang was dat ze tijdens de kerkdienst in huilen uit zou barsten. Of dat verhaal klopte, heb ik nooit kunnen vaststellen. Waar die huilbuiten vandaan kwamen, werd ook niet verteld.

In 1955 werd als vervanger van de Rehobotkerk, aan de Van ’t Hofflaan de Koningskerk gebouwd. Ik was toen 19 jaar oud en werkte op het hoofdkantoor van Ahrend Holding NV (kantoorinrichting) aan het Singel in de binnenstad van Amsterdam. Mijn baas was drs. J. Tamminga, de directiesecretaris. Ik verzorgde de distributie van kranten en tijdschriften waar de directie op geabonneerd was en hield het concurrentenarchief (informatie over concurrenten van Ahrend) bij. Drs. J. (Jenze) Tamminga was onder meer geïnteresseerd in architectuur en schreef in een bouwtijdschrift een negatief verhaal over de modernistische stijl van de nieuwe kerk. Ds. Rijper, onze wijkpredikant, was bouwheer, de opdrachtgever namens de Gereformeerde Gemeente. Ik kreeg het artikel van Tamminga mee om het aan Ds. Rijper te laten lezen. Hij las de eerste alinea, snoof verachtelijk en gaf het verhaal ongelezen terug.

Deze week breng ik een bezoek aan Ahrend Kantoorinrichting in Amsterdam. Om herinneringen op te halen. Ze hebben belangstelling voor mijn boek ‘Wie de jeugd heeft kan wel janken’ dat in september verschijnt. In het boek worden verhalen verteld over het kantoorleven bij Ahrend.
John Toxopeus

----------------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Rehobothkerk .<br />Foto: Beeldbank Amsterdam

Rehobothkerk .
Foto: Beeldbank Amsterdam

Alle rechten voorbehouden
Koninkskerk .<br />Foto: Beeldbank Amsterdam

Koninkskerk .
Foto: Beeldbank Amsterdam

Alle rechten voorbehouden
John Toxopeus

Getogen in oost (17)

Ik heb geen bijzondere herinneringen aan literatuuronderwijs op de Mulo van de Hogewegschool. ‘Het waterjuffertje’, een van de puntdichten van A.C.W. Staring, schiet me te binnen. En het schitterende ‘Wanderer, kommst du nach Spa . . .’ van Heinrich Böll. Ik heb het kortgeleden herlezen.
Van mijn eerste eigen geld (een dubbeltje zakgeld per week), kocht ik ‘De herberg met het hoefijzer’ van A. den Doolaard, bij Boekhandel Linnaeus op de Linnaeusstraat. Ik was 15 of 16 jaar. Het kostte fl. 1,75. De boekhandel bestaat nog steeds en doet van zich spreken door het promoten van bundels met korte verhalen. Het is ook mijn favoriete genre. Zowel om te lezen als te schrijven. Kortgeleden heb ik een Facebookpagina geopend om korte verhalen op de leeslijst van scholieren te stimuleren.
Mijn jeugd in oost, ik word er voortdurend aan herinnerd.
John Toxopeus

----------------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

boekenmulo

boekenmulo

Alle rechten voorbehouden
Ria Karelse

Re: Getogen in oost (16)

Hallo John.
Heb jij nog meer fotos van de hogeweg school want de leerlingen die jij noemt komen mij bekent voor ik zat in dezelfde tijd daar ook maar ik zie mezelf nergens op de fotos, er staan van mij wel een paar fotos onder de rubriek Hogewegschool sta jij daar ook op?.Ik kan me ook nog herinneren van die zanger bij het muiderpoort station volgens mij was dat Edwin Rutten .

Ria Karelse.

------------------------------------

Ha, Ria. De foto's die ik heb van de Hogewegschool staan inmiddels allemaal op deze site. Ik ben mijzelf niet ergens anders tegengekomen.
Edwin Rutten, het zou zomaar kunnen. Ik ga op onderzoek uit!
Groet van John.

------------------------------------

Nee, Ria, Edwin Rutten is het niet.
Ik heb het hem gevraagd.
Maar wie dan wèl?

Hgr. John.

---------------------------------------------

De foto van de zanger bij het muiderpoort station staat er nog niet op dus kan ik het je niet vertellen.
Hgr.Ria.

------------------------------------

Ria, nu wel!
John Toxopeus

------------------------------------

Ik heb de foto gezien maar helaas weet ik ook niet wie die zanger is.

gr .Ria.

------------------------------------

John Toxopeus

Getogen in oost (16)

Herinneringen komen naar boven als je foto’s bekijkt. Van ons gezin zijn maar weinig foto’s bewaard gebleven omdat mijn moeder alles heeft weggegooid waarop ze mijn vader tegenkwam. Zelfs de foto’s die hij heeft gemaakt. Misschien heb ik juist daarom wel mijn herinneringen opgeschreven en er uiteindelijk een roman in verhalen van gemaakt. ‘Wie de jeugd heeft kan wel janken’, verschijnt september a.s.

Een leuke herinnering is het verzoek op de Mulo van de Hogewegschool om een nieuwe zanger die een eerste singeltje had uitgebracht op te halen van het Muiderpoortstation. Er zou dan een foto worden gemaakt voor een muziektijdschrift met een promotieverhaaltje. Het was omstreeks 1960 en het goot van de regen. Ik was er (rechts op de foto) met een stuk of drie klasgenootjes. We hadden een spandoek gemaakt. Wie de zanger was, weet ik niet meer. Misschien dat iemand hem herkend. Links op de foto staat Arie Baars waarmee ik toen veel optrok.
John Toxopeus

--------------------------------------

‘Ca. 1960: Leerlingen van de Hogewegschool halen een popidool op bij het Muiderpoortstation. Rechts John Toxopeus, links Arie Baars. Wie weet er nog wie er in het midden staat?’

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

‘Ca. 1960: Leerlingen van de Hogewegschool halen een popidool op bij het Muiderpoortstation. Rechts John Toxopeus, links Arie Baars. Wie weet er nog wie er in het midden staat?’

‘Ca. 1960: Leerlingen van de Hogewegschool halen een popidool op bij het Muiderpoortstation. Rechts John Toxopeus, links Arie Baars. Wie weet er nog wie er in het midden staat?’

Alle rechten voorbehouden
John Toxopeus

Getogen in Oost (15)

In de jaren 60 van de vorige eeuw voetbalde ik bij De Geuzen, een voetbalverenigingen op Sportpark Voorland achter Ajaxstadion De Meer. Een voetbalclub op christelijke grondslag, dus zaterdagvoetbal.

Ik was een bloedfanatieke keeper, maar heb het niet verder geschopt dan het derde elftal. Tijdens een wedstrijd probeerde ik eerder bij de bal te zijn dan de aanvaller van de tegenpartij. Ik brak mijn scheenbeen en knieschijf. Een arts van het Burgerziekenhuis aan de Linnaeusstraat (later stadsdeelkantoor en nu een hotel, als ik het goed weet), boorde een gat in mijn hielbeen (“even tanden op elkaar, want dit kan ik niet verdoven”), schoof er een pin door waaraan draadstaal en een gewicht werden bevestigd. Mijn been kwam in een stellage te hangen. Na een week werd ik overgebracht naar het nieuwe Verzorgingstehuis Vreugdehof in Buitenveldert. Er werd geëxperimenteerd met opname van patiënten die alleen maar verzorging nodig hadden. Ik was zodoende op de zaal waar ik lag, de enige beneden de 60 jaar. Een foto die ik in goed vertrouwen heb uitgeleend, heb ik nooit teruggekregen.

Twee voetbalfoto’s heb ik.
Een foto van het schoolelftal 1962 van de Mulo van de Hogewegschool. Ik zit achter de voorste jongen, met mijn hand op zijn schouder. Ik heb alleen de laatste wedstrijd, toen we allang waren uitgeschakeld, meegedaan.
Een foto van een bij elkaar gezocht groepje voetballers tijdens een vakantie in Italië in 1965. Ik zit middenvoor. Tweede van rechts is de toenmalige keeper van Ajax Bertus Hoogerman, die daar ook toevallig was.
John Toxopeus

Schoolelftal 1962 .<br />Foto: John Toxopeus .<br />. Vooraan zit Hans Schirmer. Ik zit achter hem met een hand op zijn schouder. Rechts van mij, met een hand onder zijn kin: Kees van Es. Van de jongen staand, rechts, weet ik alleen nog de achternaam: Berkelaar. De jongen met zijn handen op zijn knieën is Martin Stroker die later in het Nederlands honkbalteam gespeeld heeft. Op de achtergrond het voormalige Ajaxstadion De Meer.<br />Foto: John Toxopeus

Schoolelftal 1962 .
Foto: John Toxopeus .
. Vooraan zit Hans Schirmer. Ik zit achter hem met een hand op zijn schouder. Rechts van mij, met een hand onder zijn kin: Kees van Es. Van de jongen staand, rechts, weet ik alleen nog de achternaam: Berkelaar. De jongen met zijn handen op zijn knieën is Martin Stroker die later in het Nederlands honkbalteam gespeeld heeft. Op de achtergrond het voormalige Ajaxstadion De Meer.
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
voetbalfoto 1965 Italië - 2 .<br />Foto: John Toxopeus

voetbalfoto 1965 Italië - 2 .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
John Toxopeus

Getogen in Oost (14)

In 1958 ging ik naar de Mulo van de Hogewegschool. Ik heb een aantal speciale herinneringen aan de leerkrachten. Meneer Bout, een jonge, bijzonder aardige man, gaf Duits. Hij vertelde dat hij een Duitse vrouw had. Ik maakte tekeningen van schietende tanks met soldaten en gebouwen met vlaggen, alles rijkelijk voorzien van hakenkruizen. Ik was mij van geen kwaad bewust. Meneer Bout kwam bij ons thuis om te vragen of dat iets met hem of zijn vrouw te maken had. Hij was er erg van geschrokken.

Juffrouw Gjaltema gaf Engels. Ze vertelde aan het eind van de les griezelverhalen, waar ik ’s nachts nachtmerries van kreeg. Mijn moeder ging vragen of ze rekening wilde houden met mijn angstdromen. Ze is er inderdaad mee gestopt, zonder te vertellen waarom. Ik heb haar nog altijd in mijn hart gesloten.
Meneer Greeve herinner ik me van godsdienst. Hij vertelde dat meisjes die voor hun huwelijk met iemand naar bed gingen, het beste vergeleken konden worden met een afgelikte boterham. Ook gaf hij ons mee dat alle zonden vergeven konden worden, met uitzondering van één. Ook na lang aandringen, wilde hij niet vertellen om welke zonde het ging.

En dan meneer Oosterbaan, die aardrijkskunde gaf. Hij sloeg mij met een liniaal op mijn vingers omdat hij dacht dat ik aan het spieken was. Ik moet er wel bijvertellen, dat ik deed alsof, en hij dus behoorlijk voor joker stond toen hij nergens een spiekbriefje kon vinden. En tenslotte meneer Cnossen, het aimabele hoofd van de Mulo. Zijn dochter Greetje zat bij mij in de klas en ik was erg verliefd op haar. Dat heeft zij volgens mij nooit geweten.

Ik heb een foto die gemaakt is op de laatste schooldag van de Mulo in 1963. We moesten allemaal iets geks aan of op hebben. Ikzelf zit vooraan rechts. Helemaal links staat Rudi Velthuis met wie ik later voor het eerst op vakantie naar het buitenland (Italië) ging. Rechts bovenaan herken ik Hans Schirmer en Greetje Cnossen.
John Toxopeus

----------------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Laatste schooldag 1963 .<br />Foto: John Toxopeus

Laatste schooldag 1963 .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
john toxopeus

Getogen in Oost (13)

Als het even kon ging ik door de week, ’s middags en vroeg in de avond, naar stadion De Meer aan de Middenweg om bij de trainingen van Ajax te kijken. Na afloop waren de spelers altijd bereid om aan de wachtende jongens handtekeningen uit de delen. Ik verzamelde alles over voetbal en vooral over Ajax: krantenverslagen, tijdschriftartikelen, plakboeken vol. Elftalfoto’s en foto’s van spelers bewaarde ik in mappen. Spelers vroeg ik om handtekeningen op hun foto’s, ook die bij krantenverslagen.

Mijn topjaren waren 1960 en 1961; ik was toen 14 en 15 jaar oud. ‘Heb je er nou nog niet genoeg?’ vroegen spelers me vaak. Soms nam ik een buurjongetje mee, Dorus Luyckx, want die had een fototoestel. Ik heb alles bewaard.
Wij waren thuis gereformeerd en mijn ouders vonden dat het niet bij de zondag paste om naar Ajax te gaan en al helemaal niet om zondags geld uit te geven. Meestal stonden de suppoosten die de kaartjes controleerden de tweede helft zelf op de tribune te kijken, zodat ik dan makkelijk naar binnen kon. Na afloop van wedstrijden vroeg ik aan bekende spelers van bezoekende clubs, als ze naar de bus liepen of er al in zaten, om een handtekening. Dat was altijd een heel gedrang. Ik heb ook handtekeningen van Abe Lenstra en Frans de Munck (de Zwarte Panter) bij voorbeeld.
John Toxopeus

-----------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Tussen Bennie Muller en Co Prins - juni 1961 .<br />Foto: John Toxopeus

Tussen Bennie Muller en Co Prins - juni 1961 .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
Met Dorus Luyckx voor Cees Groot, Sjaak Swart en Henk Groot - juni 1961 .<br />Foto: John Toxopeus

Met Dorus Luyckx voor Cees Groot, Sjaak Swart en Henk Groot - juni 1961 .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
Krantenknipsels .<br />Bron: John Toxopeus

Krantenknipsels .
Bron: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
Krantenknipsels Tonny Pronk .<br />Bron: John Toxopeus

Krantenknipsels Tonny Pronk .
Bron: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
Ria Karelse.

Re: Getogen in Oost (12)

Getogen in Oost (12):
Na de Tweede Openluchtschool in het Oosterpark (zie Getogen in Oost 7), vervolgde ik lager onderwijs op de Hogewegschool. In de herfst en de winter, kon ik vanaf de waranda (zo noemden we het balkon met de trap naar de tuin aan de achterkant van het huis), de speelplaats zien. Als ik de bel hoorde, was ik nog net op tijd binnen.
De klassenfoto in 1958 gemaakt tijdens het driedaagse schoolreisje van de zesde klas, is mij erg dierbaar. Ik zit op de tweede rij, vierde van links. Achter mij zit Anita Dijkema. Anita was de dochter van de juwelier op de Middenweg. Ik was zeer verliefd op Anita, maar ze lachte me uit toen ze het hoorde van iemand met wie ik mijn geheim had gedeeld. Ze is later getrouwd met de zoon van meneer Snel, het hoofd van de lagere school. Meneer Snel staat rechts op de foto. Ik heb Anita nog eens gezien toen ik in 1980 met mijn gezin kampeerde op camping De Zanding op de Veluwe. We stonden naast elkaar in de kampwinkel. Ze liep met haar kinderen langs onze tent. We deden net of we elkaar niet kenden.
Op de foto herken ik ook Kees van Es (voorste rij, tweede van links) en Cees Bangma (voor mij), jongens die mij voortdurend pestten en die ik met geschop en gekrijs uit mijn buurt hield. En natuurlijk Hans Schirmer (tweede rij, helemaal rechts), die ik een keer met Anita heb zien zoenen.
John Toxopeus
----------------------------------------
Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Hallo John de jongen voor jou heet Zweitse Bangma en rechts naast Anita Dijkema zit Ria Sjoerds en daar naast Dieneke Post haar ouders hadden een snoepwinkel op de Hogeweg.
Ria Karelse

-----------------------------------

Ria, dank je wel voor je aanvullende informatie. Leuk!
John Toxopeus

john toxopeus

Getogen in Oost (12)

Na de Tweede Openluchtschool in het Oosterpark (zie Getogen in Oost 7), vervolgde ik lager onderwijs op de Hogewegschool. In de herfst en de winter, kon ik vanaf de waranda (zo noemden we het balkon met de trap naar de tuin aan de achterkant van het huis), de speelplaats zien. Als ik de bel hoorde, was ik nog net op tijd binnen.

De klassenfoto in 1958 gemaakt tijdens het driedaagse schoolreisje van de zesde klas, is mij erg dierbaar. Ik zit op de tweede rij, vierde van links. Achter mij zit Anita Dijkema. Anita was de dochter van de juwelier op de Middenweg. Ik was zeer verliefd op Anita, maar ze lachte me uit toen ze het hoorde van iemand met wie ik mijn geheim had gedeeld. Ze is later getrouwd met de zoon van meneer Snel, het hoofd van de lagere school. Meneer Snel staat rechts op de foto. Ik heb Anita nog eens gezien toen ik in 1980 met mijn gezin kampeerde op camping De Zanding op de Veluwe. We stonden naast elkaar in de kampwinkel. Ze liep met haar kinderen langs onze tent. We deden net of we elkaar niet kenden.

Op de foto herken ik ook Kees van Es (voorste rij, tweede van links) en Cees Bangma (voor mij), jongens die mij voortdurend pestten en die ik met geschop en gekrijs uit mijn buurt hield. En natuurlijk Hans Schirmer (tweede rij, helemaal rechts), die ik een keer met Anita heb zien zoenen.
John Toxopeus

----------------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

6e klas Hogewegschool 3 dg schoolreisje 1958 .,<br />Foto: John Toxopeus

6e klas Hogewegschool 3 dg schoolreisje 1958 .,
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
john toxopeus

Getogen in Oost (11)

Op de website van Geheugen van Oost, zag ik een foto van melkboer Oostdam met zijn vrouw en twee jongens, gemaakt in de zaak van Oostdam op de Archimedesweg. Die foto heb ik zelf ook. De jongens op de foto ken ik goed. Vooral de jongste, want dat is mijn broer Gustaaf. Gustaaf liet mij zaterdags de guldens en rijksdaalders zien die hij verdiend had.

Melkboer Oostdam was ‘onze’ melkboer en kwam iedere dag langs op de Linnaeuskade. De andere jongen is Koos, die op den duur bevriend raakte met Gustaaf. Koos woonde in Broek op Waterland en fokte konijnen. Gustaaf ging vaak naar hem toe, ook in het weekend. Dat vond ik niet erg, want Gustaaf en ik konden het niet goed met elkaar vinden. Niet zoals broers wel eens ruzie hebben, maar onverdraagzaam ten opzichte van elkaar. Een wanhoop voor onze moeder.

Gustaaf is toen hij achttien jaar oud was naar Australië geëmigreerd. Daar hadden ze West-Europese mannen nodig die hun handen uit de mouwen konden steken om het land vooruit te helpen. Ik heb hem nooit meer gezien.

Op de Ringdijk, vlakbij de hoek van de Linnaeusstraat was de winkel van melkboer Vedder. Ik moet aan hem denken als ik neerslachtig ben en me moet realiseren dat er altijd weer oplossingen zijn voor problemen. Een hardwerkende, goedlachse melkboer die me zelfvertrouwen gaf door me met zijn bakfiets te laten rijden, ook als dat de vorige keer fout was gegaan. Ik sjouwde met flessen gepasteuriseerd en vla, soms twee of drie hoog. Ik moest het hebben van de fooitjes had Vedder gezegd, maar hij gaf me nadat we onze wijk hadden gedaan toch altijd zeker zoveel als Gustaaf kreeg.
John Toxopeus

Voor een verhaal over melkboer Oostdam Archimedesweg 03 ga naar
Over het leven van melkboer Oostdam
De zaak staat ook in onze winkelrubriek. Ga naar Archimedesweg 03

-------------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Gustaaf bij melkboer Noordam Archimedesweg - .<br />Foto: John Toxopeus

Gustaaf bij melkboer Noordam Archimedesweg - .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
john toxopeus

getogen in oost (10)

Ik deed niet alleen boodschappen voor mijn moeder maar ook voor een oud omaatje op de Bredeweg, een zijstraat van de Linnaeuskade. Haar (volwassen) kinderen die tegenover ons in het portiek woonden, hadden daar geen tijd voor. Omaatje bewoog zich met moeite voort, van haar stoel bij het raam, waar ze met een spionnetje vanaf drie hoog de straat in kon kijken, naar de tafel waar ze de hele dag patience speelde. In de kamer stond ook haar bed. Het stonk er, vooral in de keuken. Naar beneden kon ze niet meer. Ze was te zwaar en had versleten knieën. Ik heb haar nooit chagrijnig of verdrietig gezien. Als ik vroeg wat ik voor haar moest kopen zei ze: ‘Voor een dubbeltje kwartjes.’ Haar boodschappen deed ik bij De Gruyter, op de hoek van de Middenweg en de Hogeweg. Vrijdags kreeg je bij de boodschappen ‘het snoepje van de week’ een speelgoedpoppetje of iets dergelijks. Dat was voor mij.

Op de verdieping beneden omaatje, mochten kinderen woensdag ’s middags voor een dubbeltje televisie kijken. Pipo de Clown, Peppi en Kokki en de Verrekijker schieten me te binnen. Iedereen sprak er schande van dat we een dubbeltje moesten betalen maar de kamer zat altijd vol kinderen, in rijen naast elkaar op de grond. Onze schoenen moesten uit bij de voordeur.

Later mochten we gratis kijken in een winkel op de Middenweg waar wasmachines en televisietoestellen werden verkocht. Tegen mijn moeder zei ik dat dat toch wel erg aardig was, maar die hielp me snel uit de droom: ‘Dat doet zo’n man alleen maar om reclame te maken.’
John Toxopeus

-------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Middenweg rechts De Gruyter - ± 1955 .<br />Foto: Jan van Deudekom

Middenweg rechts De Gruyter - ± 1955 .
Foto: Jan van Deudekom

Alle rechten voorbehouden
john toxopeus

getogen in oost (9)

Op de Linnaeuskade woonde boven ons op nr. 51 het echtpaar Bakker. Meneer Bakker werkte bij de ongediertebestrijding in de haven van Amsterdam. Hij droeg een uniform met een indrukwekkende pet van de gemeente Amsterdam. Ze hadden geen kinderen, maar wel een hond. Ieder jaar weer een andere hond, want we woonden aan een ringvaart met ratten. Ratten veroorzaken de Ziekte van Weil, dodelijk voor honden. Mevrouw Bakker was een zware vrouw met het hart op de goede plaats, maar ze nam geen blad voor de mond. Als mijn ouders ruzie hadden (en dat gebeurde met enige regelmaat), belde ze aan en schreeuwde of het uit kon zijn met die klereherrie van onze misjpoge.

Voor mijn moeder deed ik boodschappen bij de Hema op de hoek van de Linnaeuskade en de Linnaeusstraat. Dat was vooral eigenbelang. Bij de kassa’s, onder de schappen, zocht ik naar dubbeltjes. Ik vond er altijd wel een. Als ik drie dubbeltjes had, kon ik bij kantoorboekhandel Schalie op de Hogeweg, een cowboytje of indiaantje kopen. Ze stonden in een vitrine naast de deur. Met de prachtig beschilderde plastic poppetjes leverde ik veldslagen in mijn kamer. Met stenen onder en op het vloerkleed en bosschages van alles wat bruikbaar was van bomen en struiken.
De Hema is er nog steeds. Kantoorboekhandel Schalie al lang niet meer.
John Toxopeus

Bredeweg hoek Hogeweg - ± 1920 .<br />Foto: Jan van Deudekom

Bredeweg hoek Hogeweg - ± 1920 .
Foto: Jan van Deudekom

Alle rechten voorbehouden
Bredeweg Hoekhuis is Hogeweg 21 - 1972 .<br />Foto: Beeldbank Amsterdam

Bredeweg Hoekhuis is Hogeweg 21 - 1972 .
Foto: Beeldbank Amsterdam

Alle rechten voorbehouden
john toxopeus

Getogen in Oost (8)

In het Oosterpark stonden veel bomen, maar het lag ingeklemd tussen drukke verkeerswegen. Gezonder was het Flevopark waar ik door mijn moeder regelmatig naartoe werd gestuurd en waar ik vanaf 1955 vele uren heb doorgebracht. Vaak met mijn hengel want aan het water dat er langs liep kon je goed vissen.

Aan de zijkant van het park lag de Joodse Begraafplaats, fascinerend door alle schots en scheef gezakte grafstenen tussen het hoge gras. Toen een verwaarloosd terrein, nu prachtig opgeknapt. Het hele Flevopark ziet er tegenwoordig schitterend uit. Op mijn pelgrimstocht naar de Zeeburgerdijk april jl. (zie hieronder), passeerde ik de Amsterdamse brug met de pijlers vol graffitikunst. Ik kan het onmogelijk lelijk vinden en misschien vindt de gemeente dat ook wel want het wordt netjes in takt gelaten.

Toen ik later langs de Insulindeweg terugliep, passeerde ik het Flevoparkbad. Dat was een vette bonus. Ik herinnerde me het vijfcentenbadje waar je (als ik het nog goed weet) voor een dubbeltje in kon. Het water was bruin en als je ging staan zakte je tot je kuiten weg in de blubber. Ik kreeg van mijn moeder twee dubbeltjes mee. Een voor de toegang en een om op de terugweg twee scheepsbeschuiten te kopen bij een kraampje langs de kant van de weg. Het was een eind wandelen naar huis, naar de Linnaeuskade, en dat is het 60 jaar later nog steeds.
John Toxopeus

-----------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Joodse begraafplaats Zeeburg - 2015 .<br />Foto: John Toxopeus

Joodse begraafplaats Zeeburg - 2015 .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
Pijlers van de Amsterdamse Brug - 2015 .<br />Foto: John Toxopeus

Pijlers van de Amsterdamse Brug - 2015 .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
John Toxopeus

getogen in oost (7)

Ongeveer een jaar (1955/1956) heb ik op de Tweede Openluchtschool gezeten. De ingang was aan de Mauritskade, naast de trappen van het Tropenmuseum. Aan de andere kant waren de stallen met paarden van bierbrouwerij Heineken. De speelplaats lag in het Oosterpark.

Op de Tweede Openluchtschool konden kinderen met longproblemen in een gezonde omgeving aansterken. We kregen fruit en yoghurt tussen de middag en moesten verplicht rusten op britsen die bij mooi weer op het terras achter de school werden gezet.

Daar kwam ik voor het eerst in aanraking met leeftijdgenoten waarvan de meesten altijd normaal hadden buiten gespeeld. We speelden players, met de doorgeknipte of -gescheurde wikkels van sigarettendoosjes. Mijn vader rookte Croydon met vliegtuigplaatjes. Die waren zeldzaam. Als ik opnieuw al mijn players verloren had, vocht ik met veel sterkere jongens. Ik bleef met mijn ogen dicht op het schoolplein liggen. Als ik merkte dat niemand daar aandacht aan schonk, strompelde ik naar een boom bij het hek tot iemand me kwam vertellen dat ik naar binnen moest.

’s Morgens werd ik op de fiets gebracht door mijn vader. ’s Middags werd ik opgehaald door mijn oudste zus, lopend. Als ze er nog niet was, liep ik tot het eerste stoplicht bij de Wijttenbachstraat. Verder mocht ik niet.
John Toxopeus

-----------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

croydon

croydon

Alle rechten voorbehouden
John Toxopeus

getogen in oost (6)

Ik werd herenigd met mijn ouders, broers en zussen (Pieter, Nel, Gustaaf en Lenie), die op de Linnaeuskade woonden, 51 hs. tegenover de gashouders en het dierenasiel. Mijn slaapkamer lag aan de achterkant van het huis, waar je uitkeek op tuinen.

Tijdens het speelkwartier hoorde ik de kinderen van de Hogewegschool. In de herfst en in de winter kon ik op de arm van mijn moeder tussen de bomen door, de speelplaats zien. Naar school, dat leek met het mooiste wat er was, want ik was een leergierig ventje (nog steeds). Maar eerst moest ik aansterken en opnieuw leren lopen. Onze huisarts, dokter Kaan die op de Arntzeniusweg, een zijstraat van de Linnaeuskade, woonde, zei tegen mijn moeder: “Veel met hem wandelen, mevrouw, daar waar het stinkt naar de mest.”

Waar nu het Science Park is, stonden vroeger boerderijen en graasden koeien. Daar heb ik vele kilometers afgelegd. En daarna nog verder, onder de spoorbrug door naar Voorland, de voetbalvelden, en nog verder naar stadion De Meer, waar Ajax speelde.

Kort geleden ben ik wezen kijken hoe het er nu, zestig jaar later, uitziet.
John Toxopeus

-----------------------------------

Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.

Hier stonden vroeger de gashouders. Alleen het gebouwtje van het dierenasiel staat er nog. .<br />Foto: John Toxopeus

Hier stonden vroeger de gashouders. Alleen het gebouwtje van het dierenasiel staat er nog. .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
Linnaeuskade 51 hs., rechts beneden .<br />Foto: John Toxopeus

Linnaeuskade 51 hs., rechts beneden .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
De speelplaats van de Hogewegschool .<br />Foto: John Toxopeus

De speelplaats van de Hogewegschool .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
John Toxopeus

getogen in oost (5)

Op de binnenplaats van Paviljoen 10 aan de Zeeburgerdijk werd ik opgezocht door hoofdzuster Blauw (of Blaauw), samen met een man in een lange witte jas. Iemand die ik nooit eerder had gezien.

"Je moeder heeft hier toestemming voor gegeven", zei de hoofdzuster, waarna de man een lange naald rechtop in mijn schouder stak. Wat de hoofdzuster bedoelde, begreep ik niet. Wel vond ik het vreemd dat ik de injectie niet kreeg in mijn bil of dijbeen en ook dat ik er nauwelijks iets van voelde.

Tijdens een bezoekuur niet lang daarna zat mijn moeder heel erg te huilen. "Je wordt beter", zei ze. "Ik had de Here Jezus al verteld dat het goed was als Hij wilde dat je bij hem ging wonen. En nu mag ik je houden." Het was 1954, het jaar waarin met succes met medicijnen tegen tbc werd geëxperimenteerd.

Ik mocht van al het speelgoed dat ik in het sanatorium had verzameld twee dingen uitzoeken om mee te nemen. Ik koos de boekjes 'Het fluitketeltje' en 'Veertien uilen' van Annie M.G. Schmidt en een lei met een griffel die ik van mijn lievelingszuster in het sanatorium had gekregen. Wat ik meenam moest wel eerst worden ontsmet.

De boekjes heb ik nog steeds. Als mijn kleinkinderen op mijn werkkamer komen halen ze de boekjes voorzichtig uit de kast (ze liggen namelijk helemaal uit elkaar) en zoeken de liedjes op die ik voor moet lezen, of, zoals Dikkertje Dap, die we samen kunnen zingen.
John Toxopeus

Fluitketeltje .<br />Foto: John Toxopeus

Fluitketeltje .
Foto: John Toxopeus

Alle rechten voorbehouden
John Toxopeus

Getogen in oost (4)

Er zaten spinnen in de quarantainebarakken van Paviljoen 10. Spinnen met lijven zo groot als mandarijnen. Als het weer het toeliet werden we naar buiten gebracht, naar een binnenplaats die uitkeek op het water. Aan de zijkanten van de binnenplaats stonden houten schotten met een afdak van riet. Daar zaten ze. Ik bestierf het van angst wanneer ik daar werd neergelegd op een van de britsen die daar stonden.

Tijdens een rustuur lag ik alleen maar angstig om me heen te kijken. Ineen liep er een over de planken, rechtstreeks naar me toe, een enorm zwart exemplaar. Ik hoorde zijn poten tikken op het hout. Ik bad de Here Jezus met mijn ogen wijd opengesperd dat hij rechtsomkeert zou maken, dat hij zou verdwijnen. Op hetzelfde moment vloog een vogel, ik denk een spreeuw, over mijn hoofd en plukte in zijn vlucht de spin van het schot.

Ik vertelde het mijn moeder die zei dat zij iedere dag bad met mijn vader en mijn broers en zussen en dat ze dan vroegen of ik weer beter mocht worden.
John Toxopeus