De eerste bijeenkomst van deze Sociëteit mocht zich verheugen in een grote belangstelling. De voorzitter van het voorlopig bestuur van Nachaliël, de heer Levie Hirschel opent en sluit de avond. Hij hoopt dat bijeenkomsten als deze, die van zondag 18 september 1932, een vervolg zullen krijgen en bij zullen dragen aan het gevoel van saamhorigheid. Hij besluit de avond met een dankwoord aan Professor Cohen die hij bedankt: “voor zijn belangrijke rede, die een wel somber, maar toch duidelijk beeld gaf van de moeilijkheden, waarmede ons volk te worstelen heeft. Spr. hoopt, dat velen er aanleiding in zullen vinden, om als lid der Sociëteit toe te treden.” Tevens dankt hij de mejuffrouw Boas voor de declamatie en de heer Maarsen voor de zang.
Voor én over de brug!
De volgende bijeenkomsten hebben een minder zwaar thema. Wel is er nog een bijeenkomst waar kritiek wordt geleverd op het toelatingsbeleid van de Sociëteit. Was de Sociëteit, met in 1932 al 67 leden. niet opgericht om meer te doen voor de bewoners van Oud-Watergraafsmeer? Het gaat hier om leden (bewoners) van zowel vóór als over de brug van de Ringvaart. Is dit wel de bedoeling geweest toen de afdeling werd opgericht? Het aanwezige bestuur verdedigt zich dat inderdaad bewoners van vóór de brug zijn aangenomen maar dat dit in het belang was van Nachaliël. Wat, zo is de redenatie, het gaat tenslotte om de ‘verbreiding van de traditionele Joodsche denkbeelden’.
Of deze discussie van december 1932 de beroemde druppel is geweest is niet helemaal duidelijk. Er zijn nog twee kleinere bijeenkomsten geweest. De laatste melding met betrekking tot de Joodsche Sociëteit Oud-Watergraafsmeer dateert van 6 januari 1933.
Terug naar de Inhoudsopgave
-------------------------------------------------
Dit is verhaal nr. 10 uit een serie van 23 verhalen van Nachaliël.
Voor verhaal nr. 11 ga naar Aäron Druijff