Was de spatsie vooral een begrip voor 1945? Mogelijk dat voor 1945 de spatsie een bekender fenomeen was dan na de oorlog. EĂ©n van de dagen waar de spatsie blijkbaar mee verbonden was, was Koninginnedag. Voor alle duidelijkheid, Koninginnedag viel, toen Wilhelmina Koningin was, op 31 augustus!
Bijvoorbeeld dit verhaal over de vele kramen en stallen:
“De vruchten van het seizoen: hardgele en wijnroode pruimen, meloenen, het sappige lijf in hevige verlokking opengelegd, de eerste peren, rijpe bananen en fluweelige perziken. Voor hartiger smaken: kaas, haring en zure bommen. Voor dorstige kelen: pyramiden van fleschjes gevuld met fonkelend rood of groen sap.
En tenslotte ijs in soorten en smaken, bekers, wafels, hoorn en spatsjes, voor zuigende lippen en klakkende tongen.”
Bron: De TÄłd (godsdienstig-staatkundig dagblad) van 1 september 1933.
Of een jaar later:
“Daar is een oase die blijkens opschrift toebehoort aan “de welbekende Nelis". Nelis verkoopt er “spatsjes", dat is een ijssoort, die onder de feestgangers van de open lucht blijkbaar zeer geliefd is. De “welbekende Joop" is ook van de partij en al kan hij zijn gaande en komende clientèle geen spatsies voorzetten, aan de belangstelling kan men zien dat hij welbekend is.”
Bron: Algemeen Handelsblad van 1 september 1934.
Na 1945 is het toch vrij snel gedaan met de spatsie. Dit blijkt bijvoorbeeld uit onderstaand citaat:
“Wij noemen overigens deze verzameling van “ijsselijke heerlijkheden niet op om u in deze dagen van meteorologische overdrevenheden Tantaluskwellingen te bezorgen, maar simpelweg met het enige belangeloze doel u er op attent te maken, dat de dagen van het spatsje — dubbeldik voor één dubbeltje — aan het verdwijnen zijn en dat die van de meest betoverende ijsfestoenen voor de deur staan.
En met het “spatsie" verdwijnt de “ijsboer" van het toneel, om plaats te maken voor de illustere figuur van de “ijsbereider", een kunstenaar in zijn vak.”
Bron: De TÄłd (godsdienstig-staatkundig dagblad) van 31 juli 1948.