Kees Kok (1922-1983) was een Betondorper van het eerste uur. Hij was drie jaar toen hij er kwam wonen en vanaf 1925 speelde hij op de pas aangelegde Brink in ‘Tuindorp Watergraafsmeer’. Hij studeerde pharmacie en trouwde buurmeisje Marianne. Begin jaren vijftig, net getrouwd met Marianne, kwam hij met een pakje wenskaarten thuis: "Die gaan we verkopen voor het goede doel, voor Unicef." In 1946 begon Unicef met hulpverlening aan oorlogskinderen. Nu geeft Unicef wereldwijd hulp aan kinderen die in armoede opgroeien. Basis zijn de Rechten van het Kind. In 1954 had Unicef nog geen bekendheid. Kees en zijn vrouw Marianne verkochten de kaarten per stuk: één kaart met enveloppe kostte 0,40 gulden. Zodra het pakje op was haalden ze een nieuwe. Toen er kinderen kwamen, stopten zij met de Unicef-verkoop. Maar Marianne kan dit werk niet vergeten. Uiteindelijk wordt zij in 1988 consignatiehouder. Als vrijwilligster beheert zij een klein depot, roostert zij vrijwilligers in en begeleidt ze die. Jaarlijks regelt zij met Sinterklaas en Kerst een verkoopstand bij Albert Hein op het Constatijn Huygensplein. En ze deed mee aan de Middenwegbraderie. Terwijl zij met zorg haar stand opbouwt vertelt ze: "Vanmorgen sjouwde die meneer van de daklozenkrant zware spullen voor mij." Vandaag, op 22 november 2003, kopen veel mensen kerstkaarten. Een mevrouw buigt zich voorover en zegt: "Ik maak ‘ze’ zelf. Wel honderd." Marianne glimlacht geduldig. Een ander zegt dat zij haar zuster, vorig jaar gestorven, zo mist en pinkt een traantje weg. Een moeder met twee kinderen neemt stapelkubussen mee waarmee de grootste kan leren tellen. Het is een goede dag voor het Kinderfonds van de Verenigde Naties. Marianne wil dit werk nog lang doen.
Betondorpers voor Unicef
Kees en zijn vrouw Marianne verkochten de kaarten per stuk, Unicef was toen, in 1954, nog niet bekend.
1123 keer bekeken