Marianne kwam in 1940 in Betondorp wonen, op Brink 6. "De Brink was fijn om te spelen," vertelt ze, "mooi groot plantsoen middenin, veel paadjes achter de huizen waarlangs je je kon verstoppen." Het tuindorp waar zij kwam wonen was ver van de benauwende stad in de jaren twintig door Keppler, directeur van de Gemeentewoningdienst, gebouwd voor geschoolde, socialistische arbeiders. Er komt in de buurt uiteraard geen kerk, maar wel een bibliotheek en een verenigingsgebouw. De wijk ademde eendracht en dat beaamt Marianne: "Betondorp was gezellig, je kende veel mensen. En dat is ook nu nog." Als ze niet buiten speelde, zat ‘Marianne met de lange vlechten’ binnen op de pianokruk. Urenlang speelde ze piano. Over de oorlogstijd herinnert de vroegere gymnasiumleerlinge zich ook het een en ander, "… een noodkacheltje zo groot als een conservenblik. We woonden in de keuken met vijf personen, met kou en honger. Het eten van de gaarkeuken werd vermengd met suikerbieten, dat was bijna niet te eten. We kregen één boterham per dag. Mijn kleren waren totaal versleten. Maar in Betondorp kon je veel mensen vertrouwen, er heerste een soort samenhorigheidsgevoel. Mijn vader luisterde met een in bewaring gekregen radio naar de Engelse zender en ging daarna bij diverse buren verslag uitbrengen." Daarbij ging vader ook langs bij de buren op Brink nummer 10. Daar woonde de familie Kok. Zoon Kees (1922) studeerde farmacie en hield van muziek en zang. In 1952 onstond op de Brink een speciale vriendschap tussen Kees van nummer 10 en de jonge Marianne van nummer 6. Het paar trouwde in 1954. Marianne woont anno 2003 in Abcoude, heeft twee kleinkinderen en speelt nog steeds piano.
Spel en trouw in Betondorp
In 1952 onstond op de Brink een speciale vriendschap tussen Kees van nummer 10 en de jonge Marianne van nummer 6.
8305 keer bekeken