“Ik ben geboren in de Fahrenheitstraat op nummer 66 in Amsterdam. Het was een twee-etagewoning. Wij woonden met z’n zessen in de benedenwoning. Boven ons woonde ook nog een gezin. Het was een kleine woning. Als jongste sliep ik bij mijn ouders in de kamer. Tegenwoordig wonen er twee mensen in het hele huis. Een keer in de week werd er een zinken teil gevuld met warm water en gingen wij in bad.
De Wetbuurt was echt een volkswijk waar veel arbeiders woonden. De hele familie van mijn moeder kwam uit de buurt. Zij heette met haar meisjesnaam Morssink. Mijn grootouders van mijn moederskant hadden fourniturenwinkel de Kroon in de Fahrenheitstraat, maar zij zijn overleden voordat ik was geboren. Mijn neef had samen met zijn vrouw kledingwinkel Van der Hulst. Inmiddels is dat ook een woonhuis geworden.
Mijn vader werkte vanaf zijn veertiende bij bakkerij Hormeijer. ’s Nachts bakte hij brood en elke ochtend ventte hij het brood in de buurt uit met een handkar. De bakker was erg streng. Als bakker Hormeijer een klant hielp in de winkel moesten de jongens die er werkten fluiten. Dan wist hij dat ze geen koekjes aten want je kunt niet eten en fluiten tegelijkertijd. Dat was eigenlijk pure armoe. Hoewel mijn vader bij de bakker werkte moest mijn zus op weg naar school zijn ontbijt brengen. Ome Jan, de broer van mijn vader liep zijn melkwijk in de buurt.
Mijn moeder was huisvrouw en ze had het druk in een gezin met vijf kinderen. Toen zij ouder werd merkte ik wel dat zij het jammer vond dat zij zich niet heeft kunnen ontwikkelen.
Toen ik vijf jaar oud was werd mijn zusje geboren en was het huis echt te klein. We verhuisden naar de Rivierenbuurt. Na heel veel omzwervingen ben twee jaar geleden ik weer terug naar Amsterdam verhuisd en werk ik met veel plezier als leerkracht op de Indische buurt school.
Lees ook :
Mensen uit Oost; Daniel Lipsius
Mensen uit Oost; Maarten Poorter, stadsdeelvoorzitter Amsterdam Oost
Mensen uit Oost; Marta Alpini, zangeres en songwriter
We komen nog steeds voor katten die de boom niet uit durven
Mijn dag is al helemaal goed !
Altijd met een lach de deur uit
Trash café: iets opbeurends doen met dingen die niemand een blik waardig keurt.