In 1990 begon Ahmed El Mesri met het opzetten van Assadaaka en dat kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Zijn eigen levensgeschiedenis is daar sterk mee verbonden.
Ahmed groeide op in noord Marokko, niet ver van de Spaanse enclave Cueta, toen nog niet omgeven door prikkeldraad. Handel drijven zat in de familie en al op 14 jarige leeftijd had Ahmed een bloeiende souvenir winkel. Hij kwam met veel toeristen in aanraking, het was de tijd van Flower Power, op blote voeten lopen, vrije liefde, genotsmiddelen, muziek maken en breken met conventies. Het intrigreerde Ahmed sterk en hij wilde de bron van dit alles opzoeken. Op 16 jarige leeftijd achtte hij zichzelf sterk en volwassen, had geld genoeg op zak en besloot rond te gaan reizen in Europa. Dit tot verdriet van zijn moeder. Hij nam de boot naar Spanje en via Frankrijk, België, Nederland en Duitsland zwierf hij naar Scandinavië. Toen was zijn geld op en via toevallige ontmoetingen kwam hij in een winkel in Kopenhagen te werken. Hij herinnerde zich dat hij Amsterdam zo’n leuke stad had gevonden en belandde uiteindelijk op een woning in Oost. In december 1978 realiseerde Ahmed zich dat hij al twee en een half jaar weg was van huis en besloot om in de lente - als de regentijd in Marokko voorbij zou zijn - terug te keren. Kort voor Kerstmis liet hij zich door een vage kennis overhalen om te gaan chillen in Friesland. Omdat Ahmed de volgende dag weer vroeg op zijn werk in de van Gelder papierfabriek moest verschijnen reed zijn kennis hem in de vroege morgen via de Flevopolder terug naar Amsterdam. Op de gladde weg is de auto uit de bocht gevlogen en Ahmed werd wakker in het ziekenhuis. Daar kreeg hij te horen dat hij een dwars laesie had opgelopen, zijn kennis was ongedeerd gebleven. Na een lang traject van revalidatie kon hij zich voldoende redden om zelfstandig te gaan wonen en kreeg een flatje in Amsterdam Noord. De eerste 2 weken heeft hij zichzelf daar opgesloten, gordijnen dicht, niemand zien. Hij overwoog om terug te keren naar Marokko waar zijn familie zeker liedevol voor hem zou willen zorgen. Maar in Marokkaanse ogen kan een invalide niet werken, bovendien zou de slechte staat van de wegen hem beletten te reizen, kortom hij zou dan volledig afhankelijk worden van zijn familie. Daarom besloot hij zijn leven op te bouwen in Nederland en dat leven voortaan te richten op het helpen van anderen. Hij volgde via het volwassenen onderwijs opleidingen: Mavo, Havo, Sociale Academie en tenslotte studeren aan de VU. In de10 jaar die deze studies kostten voorzag hij in zijn eigen onderhoud, verhuisde weer naar Oost, trouwde en werd heel actief in het verenigingsleven. Hij kwam bij Nederlandse, Turkse, Chinese, Marokkaanse en Spaanse verenigingen en zag dat iedereen zich organiseerde in eigen kring. Geen goed idee volgens Ahmed: culturen kunnen van elkaar leren en mensen met een achterstand worden zelfredzamer in contact met mensen met een andere achtergrond.
Dit vormde de basis voor zijn initiatief om in 1990 de Assadaaka Community op te richten: iedereen kan van elkaar leren en op den duur elkaar helpen, ongeacht religie, leeftijd, sexe of wereldoriëntatie. Behoud je eigen identiteit, maar doe mee en kijk waar je een ander kan helpen is het motto.