Ze werd lid van zwemvereniging de Meeuwen in het Sportfondsenbad en zwom daar haar baantjes. Er was ook een afdeling kunstzwemmen, opgericht in 1948 door Iet van Feggelen (destijds een bekende zwemster) die de basis legde voor de successen in de jaren 60 en 70. Leida raakte geinteresseerd en stapte in 1954 over naar het kunstzwemmen, kwam bij de groep de Bathing Beauties waar zij tot 1958 lid van is geweest.
Kunstzwemmen is tegenwoordig een vrij exclusief vrouwelijke aangelegenheid hoewel het oorspronkelijk door mannen werd geïntroduceerd. Het is een sierlijke maar zware sport want men moet niet alleen de vier zwemslagen (vrije slag, vlinderslag, rugslag en schoolslag) beheersen, maar ook gevoel voor ritme hebben. Een groot deel van de figuren wordt onder water uitgevoerd.
Het begon tijdens de wereldtentoonstelling in 1934 in Chicago toen Cay Curtiss haar meisjes op muziek liet zwemmen en figuren liet maken. De sport werd na de Tweede Wereldoorlog in Europa populair, vooral toen de Amerikaanse Hollywoodster Esther Williams in menige naoorlogse musical als zwemmende ballerina optrad.
De eerste officiële Europese kampioenschappen vonden in 1974 plaats in Amsterdam. Bij het 2e EK waar kunstzwemmen op het programma stond behaalde de Nederlandse ploeg goud.
De groep van Leida bestond uit 20 meisjes waaronder Lucy Bakker (soliste), Aty Diks, Dineke Smagge en Els v.d.Toorn. Er werd getraind op zondagavond als het bad voor het publiek gesloten was. Urenlang werd er getraind op o.a. uithoudingsvermogen onder water en het instuderen van de figuren. Vroeger had men niet, zoals tegenwoordig, een knijper op de neus. Leida vindt het jammer, dat dat nu gebruikelijk is. Het ziet er minder mooi uit, vindt ze.
Bij een demonstratie droeg men rood/witte show-badpakken met b.v. bij de Stervende Zwaan een badmuts met veren. Die badpakken met versieringen werden door Iet van Feggelen samen met haar moeder vervaardigd. Ook de choreografie werd door hen bedacht.
De groep gaf demonstraties tijdens zwemwedstrijden b.v. bij de zwemvereniging de Fuut in Maarssen of Polar Bears in Ede. Na verschillende figuren gezwommen te hebben maakte men de z.g. ketting. Een meisje begon op haar rug, trok haar rug hol en hield het hoofd van het volgende meisje tussen haar voeten. Die hield weer het volgende meisje op dezelfde manier vast en zo vormde men een ketting die onder water verdween. Door met de armen te bewegen ging de ketting draaien.
Ook maakte men figuren rondom een bloem waarbij men hard begon te spartelen waarna er een fontein begon te spuiten. Dat gaf een geweldig mooi effect. Er werd eveneens met een duo of een kwartet opgetreden maar ook wel solistisch. (Leida ?)
Muziek was heel belangrijk. Zo werd vaak gebruik gemaakt van de muziek van Orpheus in de Onderwereld.
Toen Leida naar Groningen verhuisde is zij daar nog een tijdje doorgegaan met kunstzwemmen, maar bij de komst van haar eerste kind (?) is zij ermee gestopt.
De benen kunnen niet meer zo hoog en onder water zwemmen doet ze ook niet meer, maar Leida zwemt nog wel steeds in het zwembad in Almere, waar ze nu woont. Het water is 32 graden en dat is goed voor de gewrichten.
-------------------------------------------------
Klik rechts (icoontje) bovenaan op de afbeelding en de afbeelding wordt vergroot weergegeven.