Getogen in Oost (8)
In het Oosterpark stonden veel bomen, maar het lag ingeklemd tussen drukke verkeerswegen. Gezonder was het Flevopark waar ik door mijn moeder regelmatig naartoe werd gestuurd en waar ik vanaf 1955 vele uren heb doorgebracht. Vaak met mijn hengel want aan het water dat er langs liep kon je goed vissen.
Aan de zijkant van het park lag de Joodse Begraafplaats, fascinerend door alle schots en scheef gezakte grafstenen tussen het hoge gras. Toen een verwaarloosd terrein, nu prachtig opgeknapt. Het hele Flevopark ziet er tegenwoordig schitterend uit. Op mijn pelgrimstocht naar de Zeeburgerdijk april jl. (zie hieronder), passeerde ik de Amsterdamse brug met de pijlers vol graffitikunst. Ik kan het onmogelijk lelijk vinden en misschien vindt de gemeente dat ook wel want het wordt netjes in takt gelaten.
Toen ik later langs de Insulindeweg terugliep, passeerde ik het Flevoparkbad. Dat was een vette bonus. Ik herinnerde me het vijfcentenbadje waar je (als ik het nog goed weet) voor een dubbeltje in kon. Het water was bruin en als je ging staan zakte je tot je kuiten weg in de blubber. Ik kreeg van mijn moeder twee dubbeltjes mee. Een voor de toegang en een om op de terugweg twee scheepsbeschuiten te kopen bij een kraampje langs de kant van de weg. Het was een eind wandelen naar huis, naar de Linnaeuskade, en dat is het 60 jaar later nog steeds.
Dit verhaal is de weergave van een van de reacties geschreven door John Toxopeus onder zijn verhaal Getogen in Oost