Henk Kreuger, ome Willem maakte zijn ijs zelf. Ik weet nog dat er een ijsmachine naast de toonbank in de winkel stond en als ik een ijsje mocht halen het nooit erg vond om lang te wachten, want ik stond te kijken hoe hij het ijs maakte en met een grote houten lepel het ijs overschepte naar de ijsbak waaruit hij het verkocht. Soms mocht ik op zondag met grote glazen naar de ijswinkel toe om ze te laten vullen en dan maakte hij of tante Jopie een sorbet met limonade, nootjes en slagroom - die hij ook zelf maakte, dacht ik. Grote ijsstaven werden er soms naar binnen gebracht; dat was zwaar en koud werk. Die waren denk ik om het ijs te koelen, hoe dat verder zat weet ik niet. Op een keer kwam ik in de winkel en had een wrat op mijn duim. Ome Willem zag het en zei: "die koop ik van je voor een cent" en hij gaf me een cent met een paar krassen erop en die moest ik bij me dragen. Niet zo lang erna was mijn wrat inderdaad weg! Later werkte ik in een atelier naast de ijswinkel en daar trakteerde mijn baas, die later mijn schoonvader werd, ons af en toe op ijs.