Makkelijk schrijven
Ik schrijf ge-makkelijk - letterlijk en figuurlijk.
Wil Merkies, journaliste en schrijfster van het vroege uur en op 12 september 2014 begeleidster van de openbare workshop van het Taalfestival in de bieb op het Javaplein: "Als jullie willen stoppen, dan.....". Ze stopt haar zin. Blijkbaar ziet ze mij schrijven en schrijven en nog meer schrijven. Het houdt niet meer op. Mijn pen schrijdt over het papier. Zoals een danser zich met volle elegantie over de vloer kan bewegen, voort-schrijdend, met de tenen het contact behoudend.
De pen die over het papier schrijdt. Een stroom van woorden. Hoe meer Wil spreekt, hoe meer ik te schrijven heb. Goed dat ze stopt. Dan kan ik tenminste ook stoppen. Met schrijven. Met associeren. Met alles wat het leven zo mooi maakt. Wil ik daar dan wel mee stoppen? Ik ben bijna niet te stoppen. Maar af en toe moet ik er toch echt een punt achter zetten.
En bijvoorbeeld een hapje eten. Of - wat ik nu doe - het met de hand geschreven stuk op mail zetten en deze per mail naar Wil sturen. Want Wil wil graag dit stuk op het Geheugen van Oost zetten. Ik vind dat helemaal OK. Eindelijk dan, een plek, dichtbij huis, waar ook anderen kunnen meegenieten van zoveel leuke en mooie schrijfsels. En die plek is niet alleen dicht bij huis, het Geheugen van Oost gaat de hele wereld over. Overal en nergens kan iedereen dit lezen. Of als hij of zij het niet lezen kan, vertalen. Of lezen zonder te begrijpen. Ook mogelijk.
"Een heel verhaal", hoor ik Mirry zeggen, die ook deelneemt aan de workshop en voor de buurtkrant DWARS schrijft. Ik schrijf: 'Een heel verhaal'. Wil: "Het is misschien leuk als we klaar zijn, om het voor te lezen." "Ja, ik Wil", zeg ik en steek al schrijvende mijn vinger op. "Leuk." "Heel leuk," hoor ik om mij heen.
Samen klappen we voor ons allemaal. We klappen het boek dicht. Bij wijze van spreken dan. Het verhaal is ten einde, de workshop is afgelopen. Alle deelnemers kunnen hun geschreven stuk inleveren en dan zet Wil het op de website. Ik wil het graag zelf nog even afwerken en vertel Wil dat ik het naar haar opstuur. "Wel opsturen hoor." Blij en voldaan ga ik achter de computer zitten.
Ik vraag de bibliotheekmedewerker bij de computerbalie of hij mij een extra half uur kan geven. Zodat niet tijdens het intikken van mijn stuk ineens de verbinding wordt verbroken en ik alles kwijt ben. Ik zie nu dat hij me een extra uur heeft gegeven. Denkt hij dan dat ik nooit ophoud?
Nog 14 minuten en 41 seconden.
Wat een mooie synchroniciteit.
Het houdt echt nooit op.
Hartelijke groet!
Lucy Nooren