08 mei 1987

08 mei 1987

Ik wilde enkelen van al die naamlozen een gezicht geven

Ab Caransa wilde door het boek Verzamelen op het Transvaalplein de naamlozen een gezicht geven. Persoonlijke verhalen van mensen die op het plein gewoond hebben en die zijn weggevoerd naar de kampen en vermoord.

Hieronder de tekst van een brief geschreven door Martijn Nussbaum vanuit Hardenberg aan zijn familie: (afkomstig uit het boek)

03-10-1942

Lieve Ouders, Annie, Nathan.
Hedenmorgen om half negen gaat het heele Kamp van ons op transport. Eerst naar Zwolle en verder is er niets bekend. Wellicht Westerbork. Mogelijkerwijs gaan we direct door. Blijf sterk. Ik zal het ook zijn. Terugkomen doe ik. We worden behoorlijk behandeld. Veel tijd tot schrijven is er niet. Moeder, Vader houdt jullie je flink. Dan kan je makkelijker alles dragen. Dit is de eerste patsch voor ons gezin. Verlies niets. Ook je humor niet. Ik ook niet. Vaarwel allen tot ziens, vele, vele Kussen
Jullie Martijn.

Op 4 mei 1967 werd op de muur van een huis Transvaalstraat/hoek Transvaalplein een kunstwerk, een Davidster, onthuld ter nagedachtenis aan de Joodse bewoners van de Transvaalbuurt die hier werden gedeporteerd.
Onthuld door burgemeester E. van Thijn. Ontworpen door Mieke Blits.

Van Ab Caransa staan ook enkele verhalen op deze site. B.v.
Het grote verdriet. Voor meer verhalen zoek onder 'Ab Caransa'.

Bron: Verzamelen op het Transvaalplein. Ab Caransa.