"Mijn sociaalbewogen moeder Theodora Elles was betrokken bij de Katholieke Vereniging ‘Don Bosco’. Bij oprichting in 1950 pleitte zij voor zwemclubs, want in ons waterrijke landje is verdrinkingsgevaar reëel," vertelt dochter Wilhelmina. "Moeder dacht: ‘school en overheid nemen het zwemonderricht spoedig over’, maar dat is niet optimaal gebeurd. Toentertijd was het zwemmen in Sportfondsenbad Oost strikt gescheiden. Mannen zwommen niet met vrouwen. Jongens niet met meisjes. Dat herhaalt zich nu in de moslimtraditie. Er was ook een scheiding in zuilen, zoals katholiek, protestant, joods, socialistisch. Het roomse ‘Christus Koning’-parochiebestuur in de James Wattstraat veronderstelde dat mijn moeder geen protestante kinderen toeliet op de Don Bosco-zwemclubs. Maar je kon toch niet denken ‘ben je niet katholiek, oh dan verzuip je maar’, meende mijn moeder. Zij vroeg dus nooit naar godsdienstige achtergrond." In die tijd bloeide de parochie; er waren wekelijks 2500 kerkgangers en in 1961 werden 91 baby’s gedoopt! Wilhelmina vertelt verder: "Moeder en ik begeleidden ook andere ‘Don Bosco’-activiteiten in de buurt. De verschillende clubs (judo en gym, muziek en spel, handvaardigheid en gezelschapsspelen) hadden een enorm succes. Toen stierf mijn moeder in 1964. Ik wilde het werk korte tijd voortzetten, maar vond geen opvolger. Uiteindelijk heb ik dit Don Bosco-werk 33 jaar gedaan, tot 1991. Het was veel werk. Mijn werkgever vond het goed dat ik vrij nam om de ‘Don Bosco-vereniging’ te laten draaien. Ik kreeg minder loon, maar vond dat niet erg." Mijmerend, "de mensen noemden me Elles. Ze dachten dat het mijn voornaam was."
Ze noemden me Elles
Je kon toch niet denken ‘ben je niet katholiek, oh dan verzuip je maar’, meende mijn moeder.
11357 keer bekeken