Carla Kaplan-Gobitz 02-11-1930 - 01-09-2016
Frits Slicht
Naar aanleiding van de door mij geschreven verhalen heb ik navraag gedaan bij het Herinneringscentrum kamp Westerbork. het heeft inderdaad even geduurd, maar ik ontving onderstaande reactie. Het is een aanvulling op het voorgaande verhaal.
Een conclusie zou kunnen zijn dat het gehele gezin van Salomon Pront herenigd is in Kamp Westerbork. En dat is dankzij het herinneringscentrum Kamp Westerbork ook het geval, dit is het bericht dat ik van hen mocht ontvangen: "Vader komt met de rest van het gezin, Jose Albert, Louis en Jacques op 1 april 1943 in Westerbork terecht. Ze worden ondergebracht in barak 72. De andere kinderen, die al eerder, op 11-2-1943 in Westerbork terecht kwamen zijn waarschijnlijk in barak 35, het weeshuis ondergebracht. De barakken lagen om een steenworp uit elkaar. Daarnaast was men in Westerbork razend snel op de hoogte wie er binnenkwam. Dit gold zeker voor de leiding van het weeshuis . ’s Avonds was er een mogelijkheid elkaar te treffen. Het feit dat het gezin gelijktijdig naar Sobibor ging is ook een bevestiging dat ze elkaar ontmoet moeten hebben."
Het herinneringscentrum Kamp Westerbork bevestigde nogmaals (op 11 okt. 2017), op mijn verzoek, dat Jacques samen met zijn vader is aangekomen. Het is dus zeer goed mogelijk dat hij zijn zusjes in Kamp Westerbork nog heeft kunnen zien. Net als hij, gaan zij mee met het 7e transport (13 april 1943) naar Sobibor.
Wanneer Oma Wagenaar-Zomerplaag in Westerbork is aangekomen is niet duidelijk, Het herinneringscentrum kamp Westerbork heeft geen verklaring voor het feit dat zij eerder 'uit huis is gehaald'. Mogelijk heeft ze nog wel haar kleindochters ontmoet.
De twee grootmoeders van het gezin van Salomon: Lea Pront – Snoek (zijn moeder) en om Judith Wagenaar – Zomerplaag (zijn schoonmoeder) zijn op 13 maart 1943 in Sobibor vermoord.
Terug naar alle: VERHALEN VAN CARLA KAPLAN – GOBITZ