Wat mijn broer, Gerard vertelde, is inderdaad waar. Ja, mijn vader heeft de kerk geschilderd en moeder maakte de pastorie schoon. Heel onze jeugd lag daar in die beperkte omgeving. Pastoor Koomen kwam bij ons thuis, het was zo gezellig, met al die kinderen. Als moeder met haar vijf dochters naar de kerk ging, dan riep de hele buurt, daar gaan ze weer, die katholieken, want we leefden eigenlijk in een communitische omgeving, het was tweestrijdig, bij het ene raam hing een vlag van de communitische partij, van ene Bakker, en bij de andere was dat de partij van de katholieken waarbij mijn vader de vaandel mocht dragen. Ik heb aan dit alles nog hele goede herinneringen, ik draag dit als een bijou mee in mij leven. Papa was eerbied in gods huis in de Gerardus Majella Kerk. Thuis was hij niet streng, maar in de kerk kon hij mensen op hun plaats zetten (letterlijk en figuurlijk). Iedereen kroop voor hem. Toen ik verkering kreeg, zei mijn vriend destijds, "Is Dat Jouw Vader?" Ja, maar thuis is hij heel lief.