Wij woonden enkele huizen naast de school en ik was nog geen zeven jaar.
Mijn ouders zaten achter ons huis in de tuin en dachten in eerste instantie dat er een vliegtuig neergestort was.
Wij, mijn broers en ik, werden uit bed gehaald en mochten in pyama en op sloffen naar buiten waar de brandweer al volop bezig was het laaiende vuur te bedwingen.
Ramen van huizen aan de overkant van de school, sprongen van de hitte.
De brandweer hield de mensen op afstand in de inmiddels volgelopen straat.
Dagen lang na de brand rook je nog het verbrandde hout en het vele papier dat overal verspreid lag..
Het zwart geverfde (of geteerde ?) gebouw heeft daarna plaatsgemaakt voor wat wij noemden: het schoolplein, waar we naar hartenlust konden spelen.
Het was een indrukwekkend gebeuren en zou haast zeggen: in het geheugen gebrand.