Met plezier en weemoed lees ik de verhalen over "mijn" oude buurt. Toen ik de namen tegenkwam van Koos van Buuren en Paul Biemans vond ik dat ik toch echt moest reageren. Ik woonde van 1952 tot 1964 in de Eisingastraat 24 tweehoog. Mijn broers en zusjes heten Ben, Hans, Corrie en Loes. Ook in ons familiealbum zitten de foto's van sneeuwpret op "het landje". Het was daar inderdaad een dorp midden in de grote stad. Als je 's avonds in bed lag hoorde je de vogels fluiten op de Oosterbegraafplaats. Op vrijdag aten we vis van de Voldendammer vishandel, en meneer Koot kwam met een rieten mand helemaal boven om de boodschappen te brengen. Slager Mulder deed altijd plakjes leverworst voor de kinderen bij de bestelling en het draaiorgel kwam elke week in de straat, dan mochten we een cent in het bakje doen. Op warme zomeravonden mochten we na het eten nog buiten spelen, een enkele keer deden al onze ouders mee met verstoppertje, prachtig vonden we dat! Ik herinner me Anja van Craaikamp en haar broertjes Ronnie en Dikkie. Koos van Buuren had als kind kinderverlamming gehad, hij kon nog niet zo goed lopen en schoof vaak op zijn achterwerk over de grond. Rob Scholten was het vriendje van mijn broer Hans, hij heeft Hans ooit nog gered van de verdrinkingsdood in de sloot voor het kerkhof. Het ijs hield niet en Hans zakte erdoor. Ik weet ook nog de luilakochtenden, voor dag en dauw je bed uit en zo veel mogelijk kabaal maken. Met koninginnedag was er feest van de buurtvereniging Reigersburg, zaklopen en touwtjetrekken, het kon niet op. Bij Paul Biemans keek de hele buurt naar Pipo en Swiebertje, schoenen uit en in de pauze een snoepje uit het trommeltje. God, wat was het een gelukkige tijd! En wat heerlijk om samen herinneringen te kunnen ophalen!
Ria van der Stam