De prof. Pieter Zeemanschool was inderdaad de school van de buurt. Ik zat er een leerjaar later op dan Sarina: 1966 - 1972. Ik begon in de eerste klas bij juf Elly Wassink, die in dat jaar meteen de school ging verlaten, omdat zij ging trouwen en op Vlieland ging wonen. Op het afscheid mochten wij allemaal verkleed komen. Met mijn overbuurjongen Rijn Peter de Klerk vormde ik een Chinees echtpaar met hele grote hoeden op. De meester, die mij het meeste bij is gebleven is toch wel meester Van Dorp. Wat deed die man veel aan muziek! We leerden van hem op de blokfluit te spelen. De liedjes moesten we in een schriftje schrijven, niet op een notenbalk, maar met letters (a, b, c, etc.). Hoge noten kregen een streepje boven de letter en lage eronder. Ik heb het schriftje nog steeds. Ook gingen we heel vaak - misschien wel elke dag - zingen. Ik herinner mij een Frans liedje (Miaou, miaou, la nuit dernière), een Engels liedje (Row, row, row your boat) en zelfs eentje in het Latijn (Dona nobis pacem). Maar ik weet ook nog dat hij soms heel boos kon worden. Hij heeft mij eens met tafeltje en al op de gang gezet, omdat ik de slappe lach had samen met Anja Heeres. Anja kon meteen haar gezicht in de plooi brengen als hij onze richting op keek en ik niet, dus was ik de klos.
Ook weet ik nog heel goed, dat wij 'hoenepoekels' tegen het plafond gooiden: we kauwden dan op stukjes papier en het natte propje gooiden we met kracht omhoog, waar het zowaar tegen het plafond bleef plakken. Als die vieze propjes na een hele tijd droog genoeg waren, vielen ze vanzelf weer naar beneden. En dat gaf de nodige hilariteit in de klas! Die Franse les van meester Borstel zal iedereen zich nog wel herinneren: Maman coupe le pain. Papa fume la pipe. Daar kwam je beslist niet ver mee in Frankrijk...