Had ik mijn naam vorige week maar niet op Google ingetypt! Ik ben een halve zaterdag kwijt aan deze site en dan m.n. aan het verhaal van (en de reacties op) het verhaal van Jan-Willem. Maar ik heb er absoluut geen spijt van! Dit gaat al lang niet meer alleen over de Pekelharingstraat. In mijn beleving ging iedereen van Robert Kochplantsoen tot Darwinplantsoen met elkaar om als waren het allemaal "straatgenoten". De eerlijkheid gebied me te zeggen, dat ik jarenlang veel van "vroeger" (onbewust?) verdrongen heb. Hoewel ik een zeer leuke jeugd gehad heb in de Eisingastraat, waar ik, met mijn ouders en broer Joop, van 1952 (mijn geboortejaar) tot 1965 gewoond heb. Jarenlang dus veel verdrongen, nooit naar reünies geweest, tot ik 3 jaar geleden Abraham zag en kennelijk een behoefte voelde om in mijn verleden te graven. Ik kwam toen op Schoolbank en vond inmiddels mijn schoolmaatjes Ronald Plemp, Lex Boot en Han Koch. Gevieren hebben wij vorig jaar een hele avond op het terras van café Frankendael verhalen uit de oude doos opgehaald: fantastisch. Inmiddels ook Roel Monnik en Ellen van Toledo op Schoolbank tegengekomen. Ik kom nog zo goed als wekelijks in de buurt: mijn vader (bijna 83) zit in Tabitha, waar vroeger het "Landje" was en waar menig sportief uurtje werd doorgebracht. Mijn moeder (77) woont op het Oudemanshof en als ik van haar naar Tabitha loop, kijk ik altijd met een nostalgische blik naar de achterkant van de Eisingstraat 6 2hoog (en ook mij waren de kunststof kozijnen al opgevallen!).
De volgende namen uit de buurt komen bij mij boven: fam. Baggelaar (Elselien): Eisingastraat 6-hs; fam. Vredenduin (Ad en Martin) 6 1-hoog; wij op 6 2-hoog. Naast ons (op 4 2-hoog) woonde mevr. Eekhof met haar twee zoons Fred en Jaap Houthuys. Daaronder fam. Westenberg (o.a. Rens) en daaronder weer fam. Eijsbergen (?). Verder herinner ik me fam. De Rijke (boven Leenders op 9 1-hoog), fam. Van Ewijk (Wouter, Jeroen, Heleen) op 13 2-hoog. In de Ritzema Bosstraat woonde op 28-2 mijn tante (fam. Beijer, Jos, René en Marjolein).
Alles wat zich rond de "apenkooi" afspeelde was stiekem. Ik rookte er (dankzij Rens) mijn eerste 1e sigaret; van die 2e halve moest ik zo vreselijk hoesten, dat ik daarna nooit meer gerookt heb. "Bibbertje" was volgens mij een wat gezette kleine man op brommer, de "beheerder" van het "rooie" veldje met bijbehorende speeltuin. Hij joeg ons altijd weg (maar misschien pestten we hem wel gewoon te vaak...). Conelissen (van Coram) kwam ik later tegen als eigenaar (?) van het winkeltje in St. Jacob t.o. Artis. Natuurlijk waren wij ook bij tandarts mevr. De Jager. Wat was ik ooit eens blij dat er spontaan een tand uitviel vlak voordat ik die bij haar moest laten trekken (alleen het idee al bezorgde me slapeloze nachten). Onze huisarts was dokter doctor Dokter (!) op de Middenweg in Betondorp.
En weten jullie nog (refererend aan de sneeuwfoto's van Ellen en Jan-Willem) dat we in een hele sliert sleeën achter die spaarzame auto die er toen nog was door de wijk reden? Of, wij stoere jongens, van elke voorbij rijdende auto probeerden de achterbumper te pakken en er dan een tijdje achteraan gleden? En verder Reigersburg: de vele wandelingen met de club (wandelboekje, medaille), het jaarlijkse weekje uit (Lunteren?), de Koninginnedagoptochten, de figuurzaagclub en inderdaad de maandelijkse krantenophaaldag (wat was ik trots bovenop die vrachtauto!).
Nou er komt vast nog wel meer bovendrijven, maar dat bewaar ik wel voor een volgende keer.